Kwetsbare kinderen
De groei van professionele zorg voor de jeugd
Beschrijving
Hoewel Nederlandse kinderen volgens UNICEF de gelukkigsten ter wereld zijn, lijden zij meer dan ooit tevoren aan aandoeningen waarvoor speciale zorg is geïndiceerd, zoals dyslexie en ADHD. Terwijl sinds de 19e eeuw steeds meer professionals en wetenschappers zich bezighouden met de zorg voor kinderen.
Kwetsbare kinderen. De groei van professionele zorg voor de jeugd geeft inzicht in het ontstaan van deze paradox. Dat is nodig voor uitzicht op een oplossing van deze problematiek. Het boek schetst de geschiedenis van de preventieve zorg voor kinderen, gericht op het bevorderen van gezondheid en welzijn. Het zoomt daarbij in op epidemische aandoeningen als pokken, tbc, zenuwen, leer- en opvoedingsmoeilijkheden en ADHD.
Nelleke Bakker is universitair hoofddocent historische pedagogiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zij heeft als geen ander zicht op de omgang met fysieke en mentale aandoeningen van kinderen in het verleden, die mede door toedoen van al die professionele zorg epidemische vormen konden aannemen. Ze laat zien hoe deskundigen, ondanks hun inzet, via zorgarrangementen en kinderstudie de gestelde doelen vaak niet bereikten en zelfs het belang van kinderen niet dienden. Op deze wijze draagt zij stof aan tot bezinning.
“We zien kinderen steeds meer als zeer kwetsbare wezens die bijna niet op te voeden zijn zonder dat er een of andere vorm van professionele begeleiding aan te pas komt. Is dat eigenlijk wel goed voor die kinderen, en: hoe heeft het zover kunnen komen? Een uitermate nuttig boek voor iedereen die zich met de zorg voor jeugd bezighoudt en bereid is van de recente geschiedenis te leren!”
Micha de Winter, hoogleraar Pedagogiek Universiteit Utrecht
Inhoud
1. De eeuw van het risicokind en wat vooraf ging
2. Theoretische perspectieven op de groei van professionele zorg voor de jeugd
Deel I: Zorg voor de fysieke gezondheid van het kind vanaf de negentiende eeuw
3. De strijd tegen kinderpokken: de koepokinenting, de school en het christelijk gewetensbezwaar (1801-1939)
4. Schoolziekten en het ontstaan van de schoolgezondheidszorg (ca. 1900)
5. ‘Gezonde buitenlucht’ en ‘krachtige voeding’: kinderen en de anti-tuberculosecampagne (ca. 1910-1940)
6. ‘Kweekplaatsen van gezondheid’: vakantiekolonies en de medicalisering van het kinderwelzijn (1883-1968)
Deel II: Uitbreiding van de zorg naar de geestelijke gezondheid van het kind in de twintigste eeuw
7. Geestelijke gezondheid en de opkomst van het psychiatrisch perspectief op de opvoeding (ca. 1920-1975)
8. Een beslissende levensfase: over de institutionalisering en professionalisering van kleuterzorg (ca. 1930)
9. Het Medisch Opvoedkundig Bureau en de zorg voor de geestelijke gezondheid van de jeugd (ca. 1950)
10. Lichaam en geest: ontwikkelingen in de zorg van de schoolarts (1930-1970)
Deel III: Zorg voor geestelijke aandoeningen van het kind, met name na 1945
11. Zenuwachtigheid en zorg om het kinderwelzijn (ca. 1900-1970)
12. Zorg voor kinderen met leerproblemen en de vestiging van de academische orthopedagogiek (ca. 1945-1965)
13. De school voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden en haar kennispraktijken (1949-1985)
14. Hersenziekten en de ontwikkeling van de kinderstudie (ca. 1950-1990)